Chengdu: een niet voor de hand liggende bestemming voor fijnproevers!

by CRTV Magazine

Tekst en foto’s: Tony Vingerhoets
Artikel uit editie 15

Panda

Wanneer Chinezen mij vragen wat ik voor de kost doe, vertel ik steevast dat ik als fotograaf door het land reis. Inmiddels heb ik al zo’n veertien Chinese provincies gezien. Sichuan, volgens insiders een van China’s mooiste provincies, stond nog op m’n verlanglijst. Afgelopen maand werd ik gebeld voor een historische TV serie in Sichuan. Daar hoefde ik niet lang over na te denken. Koffers pakken is niet zo mijn ding en ik neem altijd teveel of te weinig mee. Mijn vrouw raadde me vooral warme kleren aan.

Warme kleren? Maar Sichuan is toch Zuid China!? Dat klopt maar onderschat de winter niet, kreeg ik als antwoord. En warempel, de meeste dagen hebben we van dat natte koude weer gehad. Heel anders dan de droge winter in Beijing. En het ergste is: er is nergens verwarming! Overal zitten ze met de deur wijd open alsof het hartje zomer is. Ze hebben weliswaar dikke jassen aan, maar echt gezellig is het niet.  Mijn vrouw vertelde dat het er maar twee maanden koud is en daar gaan ze niet voor stoken.

Het went na een paar dagen, maar ik miste toch de behaaglijke vloerverwarming van ons appartement in Beijing. Enfin, tussen de bedrijven door heb ik zoveel mogelijk gefotografeerd  in Yibin, Anren, Wenjiang en de provinciehoofdstad Chengdu. De lichtomstandigheden waren niet altijd optimaal, maar over het resultaat ben ik zeker niet ontevreden. Vooral in Chengdu heb ik een aantal ferme ‘photo walks’ kriskras door de stad gemaakt . Daarnaast hebben we natuurlijk de nodige ‘tourist spots’ bezocht.

Het oude centrum heeft een antieke winkelstraat met oergezellige kraampjes en restaurantjes. Op een steenworp afstand is een schitterende boeddhistische tempel die zeer de moeite van een bezoek waard is. In een aangrenzend park met mooie waterpartijen ben ik even bezig geweeest een zwarte zwaan te fotograferen. Dat is geen dagelijkse kost en ik heb me in alle bochten gewrongen om er een paar goede foto’s van te maken. Maar de aanhouder wint en na een shot of twintig had ik een treffer!

Cheng Du

Naast de vele bekende plekken vind ik het ook altijd weer heerlijk om gewoon een stadsgedeelte te voet uit te kammen. En zoals overal in China beland je dan vaak in oude volksbuurten met kleurrijke mensen en levendige markten. Ik liep zelfs pardoes een straat in met alleen slagers. Zover het oog rijkt, was vlees uitgestald met haken aan een metalen roe. In Nederland met z’n strenge regels is zoiets ondenkbaar, maar in China ligt dat anders. Niemand zeurt erover en het vlees gaat gewoon de pan in.

Een absolute must is het Cottage Park Museum waar een van China’s beroemdste dichters heeft geleefd en gewerkt. Je loopt door een prachtig groen bos met clusters van bamboebomen die soms een hoogte van wel  4 tot 5 meter bereiken. De oase van rust wordt aangenaam doorbroken door zacht kabbelende beekjes en waterpartijen met kleine watervalletjes. We hebben erg genoten van deze plek die door het weelderige groene bladerdek vooral hartje zomer een aangename koelte moet brengen.

Tja, over bamboe gesproken; dat is het feestmaaltje van de panda’s. Die vormen voor veel Chinezen toch wel het klapstuk van Chengdu. En ik moet zeggen: wat een ongekend knuffelgehalte hebben deze leuke dieren! Chengdu heeft zich internationaal op de kaart gezet door de pandadierentuin; een reusachtig terrein van 65 hectare met ruim opgezette verblijfplaatsen die zoveel mogelijk de natuurlijke habitat nabootsen. De panda’s deden er zich vooral tegoed aan pas aangevoerde verse bamboe. Lekker lui onderuit lagen ze op hun dooie gemak de bamboe te verorberen, alsof de hele wereld even niet bestaat. Het was er erg rustig die dag en ik had alle gelegenheid foto’s te maken. Na het zien van een aantal pandafilmpjes op TV had ik een beeld in m’n hoofd, maar dat kwam er helaas niet uit. Veel activiteit buiten het bamboesmullen was er niet, maar desondanks heb ik een paar prima pandaplaatjes kunnen maken.  Al bij al heeft Chengdu z’n bezoekers toch heel wat moois te bieden!

En nu we het over smullen hebben: ik eet zowat m’n vingers op met die Sichuangerechten. Maar let op, want ze zijn zo heet dat de vlammen uit je keel slaan. Het mag raar klinken, maar ik ben er juist dol op. Eten is naast gezin en familie sowieso heilig voor Chinezen, maar Guangzhou en Sichuan zijn in culinair opzicht zowat de hemel op aarde. Het maakt niet uit wat je er eet, want alles is overheerlijk. We hebben heel wat lokale gerechten geprobeerd die we in Beijing nog nooit hebben gezien.

Enfin, dat was het dan weer; een kort verslag van m’n Sichuantrip die ik zeker nog eens over wil doen, maar dan op een ander tijdstip in het jaar. Want naast de omschreven hot spots heeft Sichuan ook een adembenemend mooie natuur.  Helaas heb ik die niet kunnen fotograferen, maar ik hoop dat de foto’s toch een indruk geven van wat ik er zoal heb beleefd. Ik kan iedereen een reis naar Sichuan aanraden! Een niet een niet voor de hand liggende bestemming voor de echte fijnproevers!

Wil je nog meer lezen van CRTV magazine? Word abonnee en je krijgt dit unieke blad thuisgestuurd!

 

Share on Facebook0Tweet about this on Twitter0Share on Google+0Share on LinkedIn0Email this to someonePrint this page

What do you think? :)